首页 | 本学科首页   官方微博 | 高级检索  
     检索      


A biologically highly deviating strain of red clover vein mosaic virus,usually latent in pea (Pisum sativum), and its differentiation from pea streak virus
Authors:L Bos  D Z Maat  M Markov
Institution:(1) Present address: Institute of Plant Protection, Kostinbrod near Sofia, Bulgaria;(2) Present address: Instituut voor Plantenziektenkundig Onderzoek (IPO), Binnenhaven 12, Wageningen, The Netherlands
Abstract:From pea plants (Pisum sativum) with necrotic stem streaking a virus (E207) was isolated and readily transmitted by sap to all 30 pea cultivars tested. In most of these infection was latent.Trijolium incarnatum, T. repens andVicia faba sometimes reacted with systemic symptoms. Local lesions were rarely formed in twoChenopodium spp.,Phaseolus vulgaris andV. faba and more often inC. album, C. amaranticolor, C. quinoa andGomphrena globosa. The other 6 hosts of the 32 plant species tested in total did not produce symptoms.Pea lsquoKorozarsquo andV. faba lsquoCompactarsquo reacted differentially to the virus and to two strains of red clover vein mosaic virus (RCVMV: RK31 and P42) and to Wisconsin pea streak virus (WPSV) used for comparison.Its ageing in vitro was 3–5 days, thermal inactivation point 60–65°C and dilution end-point 103–104. The virus was inefficiently transmitted in the non-persistent manner byAcyrthosiphon pisum andAphis fabae.In cross-protection tests the virus was found to be closely related to the two strains of RCVMV, but not to WPSV. The latter two viruses proved to be distantly related.The four virus isolates were purified from pea by clarification with diethyl ether and carbon tetrachloride, followed by differential centrifugation and sucrose-gradient centrifugation in a zonal rotor. Sedimentation coefficients were 156 for E207, 159 for RCVMV-RK31, 163 for RCVMV-P42 and 160 for WPSV. E207 and WPSV were more stable than RK31 and P42.Serologically E207 could not be distinguished from both strains of RCVMV, whereas it differed considerably from WPSV, potato virus S and chrysanthemum virus B.In crude sap of pea plants, E207 and WPSV occurred in extremely high concentration and could be rapidly diagnosed with the electron microscope. They could easily be distinguished in particle length (circa 670 and 630 nm, respectively), even in mixed preparations. RK31 and P42 occurred in much lower concentrations, but were indistinguishable from E207 in particle lengths.It is concluded that E207 is a new highly deviating strain of RCVMV. The results obtained here further support the distinction between the red clover vein mosaic virus and pea streak virus.Samenvatting Uit erweteplanten met oppervlakkige stengelnecrose (Fig. 1) werd een gemakkelijk met sap overgaand virus (code E207) geïsoleerd dat alle 30 getoetste erwterassen kon aantasten en daarin dan in hoge concentratie maar meestal latent voorkwam.Het onderzoek werd bemoeilijkt door het ontbreken van een betrouwbare lokalelesie-toetsplant.Slechts 18 van de 32 getoetste plantesoorten bleken vatbaar te zijn (Tabel 1); uit slechts 7 daarvan kon het virus in de niet-geïnoculeerde bladeren worden aangetoond, echter in de meeste gevallen slechts zo nu en dan. Slechts enkele erwterassen, w.o. lsquoKorozarsquo, reageerden met systemische verschijnselen (Fig. 1 en 2) en soms ookTrifolium incarnatum, T. repens enVicia faba. Zelden ontstonden lokale symptomen in enkeleChenopodium-soorten,Phaseolus vulgaris, Tetragonia expansa enVicia faba. Vrij vaak, maar onbetrouwbaar werden lokale lesies gevormd inChenopodium album, C. amaranticolor, C. quinoa (Fig. 6) enGomphrena globosa.Het virus werd in verschillende opzichten vergeleken met 2 stammen (RK31 en P42) van het nerfmozaïekvirus van rode klaver (RCVMV) (Fig. 3, Tabel 2) en met Wisconsin pea streak vi us (WPSV, Fig. 4), de twee op vlinderbloemigen voorkomende vertegenwoordigers uit de aardappelvirus-S-groep. Erwten reageerden differentiërend op de vier virusisolaten (Fig. 1, 3 en 4).Vicia faba lsquoCompactarsquo vormde lokale lesies met RK31 en P42, en reeds na enkele dagen met WPSV (Fig. 5: A, B, C.) en vertoonde daarna systemische symptomen (Fig. 5: D, E, F).Het virus werd geïnactiveerd in uitgeperst sap bij bewaring tussen 3–5 dagen, bij warmtebehandeling tussen 60 en 65°C, bij verdunning tussen 1000 en 10.000. Hierin komt het overeen met de meeste leden van de aardappelvirus-S-groep.Overdracht doorAcyrthosiphon pisum enAphis fabae op non-persistente wijze leek weinig efficiënt.E207 beschermde erwteplanten nagenoeg volledig tegen de beide RCVMV-stammen maar niet tegen WPSV. RK31 beschermde voorts in zekere mate tegen P42 en er was slechts een zeer zwakke onderlinge bescherming tussen RK31 en P42 enerzijds en WPSV anderzijds (Fig. 7).Zuivering vond in het algemeen plaats d.m.v. klaring met ether en tetrachloorkoolstof gevolgd door differentiële centrifugering en centrifugeren in een suikergradiënt in een zone-rotor (Fig. 9). Het nieuwe erwtevirus leverde fraaie preparaten op (Fig. 8). In de analytische ultracentrifuge werden de volgende sedimentatie-coëfficienten bepaald: E207, 156; RCVMV-RK31, 159; RCVMV-P42, 163; WPSV, 160.Bereide antisera hadden een titer van respectievelijk 4096 (E207), 1024 (RCVMV-RK31) en 4096 (WPSV). Met deze antisera werd een vrijwel volledige serologische gelijkheid van E207 en de beide stammen van RCVMV aangetoond, terwijl het duidelijk verschilde van WPSV, aardappelvirus S (PVS) en chrysantevirus B (CVB) (Tabel 4).Elektronenmicroscopisch zijn E207 en WPSV beide in ruw sap gemakkelijk aantoonbaar (Fig. 10) en komen in zeer hoge concentraties voor, RK31 en P42 echter in geringe hoeveelheden. E207 en beide RCVMV-vormen verschillen niet duidelijk in lengte (gemiddeld 670 nm), terwijl WPSV aanzienlijk korter is (ongeveer 630 nm) (Tabel 5). Het laatste kan zelfs in mengpreparaten gemakkelijk worden onderscheiden (Fig. 11).Op grond van de verkregen gegevens (Tabel 6), vooral van premunitie, serologie en deeltjeslengte, moet worden geconcludeerd dat E207 een, weliswaar zeer afwijkende, stam van het nerfmozaïekvirus van rode klaver is.In the literatuur bestaat er nog steeds veel verwarring rond de relatie nerfmozaïekvirus van rode klaver en erwtestrepenvirus (ldquopea streak virusrdquo). De hier verkregen resultaten dragen bij tot een verdere differentiatie tussen de twee virussen.Potentieel betekent de nieuwe stam van het nerfmozaïekvirus in rode klaver een gevaar door zijn latente wijze van voorkomen en het de aandacht ontsnappen bij het op de conventionele wijze toetsen van erwtemonsters met indicatorplanten. Elektronenmicroscopie is hier een zeer waardevolle toetsmethode.Guest worker from June 1968 through January 1969 as a fellow of the International Agricultural Centre, Wageningen
Keywords:
本文献已被 SpringerLink 等数据库收录!
设为首页 | 免责声明 | 关于勤云 | 加入收藏

Copyright©北京勤云科技发展有限公司  京ICP备09084417号