Tom-cat odour and other pheromones in feline reproduction

The function and suppression of urine spraying by cats is discussed as also is the source of tom-cat odour. It seems unlikely that tom-cat odour is derived from the lipid in the proximal convoluted tubule of the kidney, however its production by the anal glands has not yet been proven. Although male cats show a flehmen response when sniffing urine, smell seems to play a more important role in reproduction in the female than the male. The available data suggests that valeric acid may function as a female/female pheromone in cats by inducing or facilitating oestrus. Nepetalactone, the active ingredient of catnip, is probably not related to any naturally occurring pheromone in the cat but simply acts as an hallucinogenic drug.     

小麦丛矮病研究之三:灰飞虱同发病的关系

1976—1977年河北晋县贺家寨大队小麦春季灰飞虱的传带病毒率为31—52%,不同地块同代灰飞虱的带毒率异差较大:而秋苗期则为12—35.4%,其中不同地块上同代(四代成虫)灰飞虱的带毒率的差异从33.3%至35.4%则不太大。灰飞虱的有效传毒指数(即虫口数×自然带毒率)同田间小麦发病率的相关性是非常显著的,其r=0.9769。1975—1976两年调查及计算分析结果,其直线回归公式如y=4.12x-2.577。在有效传毒指数0.7—20.9之间用于予测发病率有效。人工分期侵染试验证明小麦在生长发育过程中受侵愈早,病情愈重,其中死株率也愈大。秋季侵染的死株率达95.6%,病指为99.6;夏季侵染的死株率为0,病指为57.6。秋季小麦出苗前后的大量虫口形成小麦10月中下旬的一个发病高峰,第二年春季4月中旬的虫口高峰形成5月上旬的一个发病高峰。3月下旬的一个发病高峰是越冬前受侵的。病毒在小麦植株中的潜育期的长短随小麦的生长速度而异。温度不过其中因素之一,最短5—8天,最长30—40天。侵染后如小麦进入越冬期,即不表现症状,一直要到返青以后。介体灰飞虱在河北晋县以第五代3—4龄若虫在冬麦地及草荒中越冬。夏季在玉米上可以产卵并孵化,但不能长期存活,主要在地头沟边及夏作物荫蔽下的禾草上越夏。冬麦治虫防病的重点应在秋季麦苗出土前,春季则应在3月中旬左右。冬麦适当推迟播种有利于减少发病率。棉间作麦比平作的病情重六倍而粮麦间作的病情比平作的重九倍。     

西藏的小麦白秆病

小麦白秆病是在青藏高原上为害小麦的一种新病害,在受害的叶、叶鞘及茎秆上产生草黄色条斑和椭圆形至长方形斑点两种症状。经鉴定病害由壳月孢属(Selenophoma)真菌引起。病菌在15℃黑暗条件下的马铃薯葡萄糖琼脂上培养,形成粘质状菌落,生长缓慢,不形成分生孢子器,而在菌丝上芽殖分生孢子;在15℃黑光灯照射下的燕麦琼脂等培养基上培养,形成分生孢子器。分生孢子器分生孢子新月形,无色,单胞,大小为17.9-26×2.6-3.6μ;而芽殖分生孢子的大小及形态变异较大。病菌的生长温度范围为0—20℃,以15℃为最适宜。其寄主有小麦、黑麦及冰草等。种子和幼苗经接种后,均产生系统性条斑症状。根据病菌的形态和寄主范围,小麦白秆病菌即Selenophoma donacis(pass)sprague efA.G.Johnson,由于S.donacis 只产生斑点症状,而小麦白秆病菌产生特有的系统性条斑症状,且发生温度偏低,所以认为小麦白秆病菌是在青藏高原特殊的生境条件下,形成的一个Selenophoma donacis(pass)sprague et A.G.Johnson的“白秆(albo-culmo)生态型。     

Direct electron microscopy and serology with plant viruses in leaf material dried and stored over calciumchloride

Most of 43 viruses could easily be detected directly in 53 out of 66 leaf samples dried and stored over CaCl₂ for varying periods of time up to 20 1/2 years. Detection usually was with PTA pH 6.5, but alfalfa mosaic, cucumber mosaic and tomato aspermy viruses required PTA pH 3.0 to 4.0. Bean common mosaic, cowpea aphid-borne mosaic and cowpea mosaic viruses were also easily observed in newly dehydrated samples obtained for diagnosis from Morocco and Tanzania.Broad bean wilt virus, cowpea mosaic virus and cucumber mosaic virus were detected with agar gel-diffusion tests in dry leaf material ground in buffer. This serological assay demonstrated a high concentration of cucumber mosaic virus in leaf material dried over CaCl₂ 20 years ago. This paper further coroborates the value of the CaCl₂ method of dehydration and storage of plant viruses in leaf material.Samenvatting Zeer uiteenlopende plantevirussen kunnen goed worden bewaard in bladmateriaal van geïnfecteerde planten dat is gedroogd en bewaard boven CaCl₂. Bij rechtstreekse elektronenmicroscopische toetsing van 66 monsters met verschillende isolaten van 43 virussen konden in 53 monsters gemakkelijk virusdeeltjes worden waargenomen (Tabel 1 en Fig. 1 en 2). Meestal lukte dit met fosforwolfraamzuur pH 6,5 dat doorgaans voor in ruw plantesap voorkomende virussen wordt gebruikt. Bij luzernemozaïekvirus en komkommermozaïek virus gelukte dit alleen maar bij lagere pH (3,0 en 4,0). Ook het tomate-aspermievirus was dan veel gemakkelijker aantoombaar. Methylaminewolfraamzuur gaf geen beter resultaat.Draden van bonerolmozaïekvirus en van cowpea aphid-borne mosaic virus en bolletjes van cowpea mosaic virus waren snel waarneembaar in elektronenmicroscopische preparaten gemaakt van bladmateriaal van recent uit Marokko en Tanzania ontvangen monsters.Cowpea mosaic virus, tuinboneverwelkingsvirus en komkommermozaïekvirus konden eveneens gemakkelijk en snel serologisch worden aangetoond in met bufferoplossing vermalen droog blad van respectievelijk cowpea, erwt en tabak. Het laatstgenoemde, reeds 20 1/2 jaar geleden gedroogde bladmateriaal, bleek in vergelijking met pas geïnoculeerd vers blad van komkommer enChenopodium quinoa zelfs zeer veel serologisch actief virusmateriaal te bevatten (Fig. 3).De beschreven waarnemingen bevestigen nogmaals de waarde van de toegepaste methode van virusbewaring en tonen aan dat het mogelijk is vele virussen te herkennen in van elders ontvangen gedroogde bladmonsters, zonder het risico te lopen van virusontsnapping, zoals altijd aanwezig bij werk met toetsplanten in de kas.Guestworker from Istituto Sperimentale per la Patologia Vegetale, Rome, Italy, participating in the investigations from September 21 to December 21, 1977.     

苹毒蛾核多角体病毒观察初报

苹毒蛾病毒是典型的核型多角体病毒结构,对苹毒蛾幼虫有较强的致死能力,对于开展苹毒蛾的生物防治有一定意义;在病毒分类上根据形态鉴别,可能属于杆状病毒属(Baculovirus)亚组(A)的一个种。     

Spectral analysis of zooplankton spatial heterogeneity

Continuous estimates were obtained of zooplankton abundance, chlorophyll fluorescence, and water temperature along 10-to 100-kilometer transects of the North Sea. Spectral analysis methods were applied to the data. The "patchiness" of the plankton was distributed over all the length scales resolved with no indication of a characteristic patch size. The relative intensity of the zooplankton patchiness was greater than that of the phytoplankton at all spatial scales, with this difference becoming progressively greater for finer-scale features. In the North Sea data, the concentrations of phytoplankton and zooplankton consistently showed negative spatial correlations.